Meer dan 7500 artikelen uit voorraad leverbaar
Uw partner voor astronomie
Wiki

Obstructie

Een telescoop moet licht opvangen - liefst zo veel mogelijk. Maar er is ook een donkere kant waar we mee moeten leven...

Teleskop Newton Oeffnung Frontal Gross

Vergelijking tussen een reflector en een refractor

Volgens deze vuistregel zou een Newton telescoop met een spiegeldiameter van 200 mm en een secundaire diameter van 50 mm dezelfde contrastprestaties leveren als een refractor met een lensopening van 150 mm. Anders ligt het met het lichtverzamelvermogen. Natuurlijk neemt deze ook af bij de overeenkomstige obstructie, maar niet in de mate die we hebben gezien bij contrast.

Obstructie = 0% Obstructie = 0%

Een telescoop is een lichtvanger die al het licht dat hij vangt bundelt en zo een beeld creëert. Bij Newton-telescopen kaatst een vangspiegel het licht echter zijdelings in de focuser, anders zou u er niet mee kunnen waarnemen. Ook andere constructies hebben dit probleem.

Wat de vangspiegel met het licht doet...

Obstructie = 40% Obstructie = 40%

De vangspiegel in het optische systeem creëert schaduwen, waardoor het contrast en effectief diafragma verslechteren. Elk onderdeel in het optische pad van een telescoop creëert deze schaduwwerking. Dit wordt obstructie genoemd. In principe is dit het geval bij alle spiegeltelescopen (behalve Schiefspiegler). Alleen een refractor heeft een obstructie van 0%, omdat geen enkel onderdeel de stralenbundel onderbreekt.

Aan de hand van de foto's kan men zien dat het beeld door een bestaande obstructie wordt verstrooid, waardoor er contrast verloren gaat. Hoe groter de vangspiegel, des te groter de obstructie.

Om de contrastprestaties of het contrastverlies van een telescoop te achterhalen, kunt u eenvoudigweg de vangspiegeldiameter van de hoofdspiegeldiameter aftrekken. Dit geeft u de effectieve contrastopening die een telescoop zonder obstructie zou hebben.

Deze artikelen kunnen u ook interesseren: